Midden in de Heimanshof ligt de veenplas en het grote moeras.

A. De veenplas

Fysieke kenmerken.

De veenplas is rond 1975 gegraven en ontvangt voedselrijk water.

Planten

In het water laten de planten veel levensvormen zien. Permanent onder water leven waterpest en hoornblad. Alleen voor de bloei komt de krabbenscheer boven het wateroppervlak. Eendenkroos drijft op het water met de worteltjes in het water. Waterlelie wortelt in de waterbodem en de bladeren drijven op het oppervlak.

Dieren

Aan de plas broeden wilde eend en waterhoen.
Op het wateroppervlak lopen schaatsenrijders en zwemmen schrijvertjes.
In het water leven vissen, watervlooien, waterkreeften, waterwantsen, waterkevers en waterspinnen.

Waterslakken zoals de poelslak en de posthorenslak leven van de waterplanten en watermosselen. Ze laten het water door zich heen stromen en nemen kleine organismen zoals bacteriën en algen als voedsel op.
Veel insecten leven het eerste deel van hun leven als larve in het water, zoals waterjuffers en libellen, schietmotten, eendagsvliegen, wapenvliegen en sommige zweefvliegen. Na het uitvliegen komen ze alleen terug bij het water om eieren te leggen in het water of op waterplanten. Ook de eerste ontwikkelingsfasen van de groene kikker zijn aan het water gebonden.
Er zijn nog meer insecten verbonden aan waterplanten, zoals de larven van kroosvlinder aan eendenkroos.

Toptijd

Vanaf mei t/m september zijn de activiteiten van de dieren te observeren.

Beheer

In de herfst wordt een deel van de waterpest en het hoornblad verwijderd.

B. Oever en moeras

Fysieke kenmerken.

Tussen de veenplas en de mergelheuvel ligt het moerasje. In dit moeras verloopt een ecologische gradiënt van droog naar nat, maar ook van kalkrijk naar zuur. Het is aangelegd als een stuk land waar kwelwater doorheen loopt en ijzer neerslaat.

Planten

Aan de zuidoost-oever van de plas groeien gele lis, egelskop, riet en zeggen en iets verderop dotterbloem, moeraswolfsmelk, pluimzegge, grote wederik en harig wilgenroosje. Zoals ook de planten in het moeras voorzien zij hun wortels met zuurstof via luchtkanalen in bladeren en stengels.

Het laatste punt is het natte moeras in maart en april gekenmerkt door dodderbloem. Op het water ligt een dun olielaagje afkomstig van afstervende kiezelwieren. Iets later komt in het moeras pinksterbloem en kleine valeriaan tussen de moerasvarens tot bloei. Aan de noordkant van het moeras groeien in april en mei witte en paarse kievitsbloemen, Op de rand van het pad bij de mergelheuvel groeien koningsvarens. Aan de zuidrand van het moeras staan tussen het riet galigaan, zomerklokje, kattenstaart en de sterk geurende moerasspirea. Op een stukje zure grond aan de zuidoost-oever valt een gagelstruik op die in koude winters afsterft.

Dieren

Op de oever en in het moeras is een reeks plantspecieke insectensoorten waar te nemen. Opvallend zijn de vraatsporen op de bladeren van de knotwilgen van galwespen, mineervliegen en wilgenhaantjes. De bladeren van de zwarte els zijn geliefd voedsel voor het elzenhaantje en de larven van de zwarte elzenbladwesp. Op de zuidoost-oever is de zeldzame slobkousbij een intensieve bezoeker van de olieproducerende bloemen van de grote wederik. Veel waterjuffers en libellen proberen andere insecten boven het moeras te vangen.

Toptijd

Door de hoge biodiversiteit is dit biotoop van het voorjaar tot de late zomer een genot voor het oog.

Beheer

Vanaf mei groeit het moeras vol met riet, dat er in de loop van augustus en september weer uitgemaaid wordt.

Insecten in het water

meer...

Insecten langs de oever

meer...

Insecten in het moeras

meer...

Korstmossen

meer...

Algen

meer...

Wat je tegen kan komen:


moerasspirea


kievitsbloem


gagel


steenrode heidelibel

Getekende plaatjes zijn met toestemming ontleend aan de soortenbank.
Meer over o.a. deze planten vind je op www.soortenbank.nl/zoeken.php?zoekmodus=eenvoudig
Vul de naam in en je komt bij een plaatje waarop je moet klikken.