Buxus is populair in Nederlandse tuinen. Het is een struik die zich makkelijk voegt naar de grillen van de tuinierende mens. Maar de Buxusdichtheid in West-Europa is misschien te hoog geworden, en daardoor kwetsbaar voor ziekten en plagen. Ook in De Heimanshof zijn ze gesneuveld. Zal zijn vervanger een beter lot beschoren zijn?
Buxusmot
Onze kruidentuin is vernieuwd. De aanleiding hiervoor was de slechte conditie van de buxushagen. Een motje uit China krijgt hiervan de schuld. Sinds de onbedoelde introductie van de Buxusmot in Europa, is er geen houden meer aan. Met lede ogen zagen we onze struikjes kaal worden. Het zijn taaie struiken, dus een kale struik kan best weer groen worden. Maar niet jaar op jaar. Daar kunnen ze niet tegen. Ondanks hoopvolle berichten over koolmeesjes die nu ook de rups van de buxusmot goed herkennen, ging bijna de helft van de struikjes echt helemaal dood.
Tussen de struikjes zagen we spontaan IJle dravik en IJle zegge opschieten, die in een heemtuin niet misstaan, maar in een kruidentuin toch leiden tot verrommeling. Met subsidie van het Betrekken bij Groen-fonds van Landschap Noord-Holland konden we een totale renovatie uitvoeren. We hebben daarbij tegelijk de drainage en de toegankelijkheid voor rolstoelen verbeterd.
Niet alleen de Buxusmot bedreigt de Buxus, maar ook een schimmel, Cylindrocladium. Dit is een bladvlekkenziekte. Gelukkig hebben we geen Cylindrocladium gezien in de Heimanshof. In de tuin van het Loo bij Apeldoorn was deze schimmel de reden voor aanplant van een buxusvervanger, Ilex crenata. Dat was al voordat de Buxusmot langskwam.
Buxus houdt niet van een standplaats in de volle grond, slechte drainage en weinig kalk. Herplant van Buxus in onze heemtuin lag daarom niet voor de hand. We hebben gekozen voor een geschikte cultivar van de Japanse kardinaalsmuts (Euonymus japonica). Deze heeft weinig groeikracht en is dus snoeivriendelijk.
Krijgt de Japanse kardinaalsmuts geen last van ziekten en plagen? Dat weten we niet. Wel weten we dat er in Beijing veel Japanse kardinaalsmuts is aangeplant. Daar hebben ze last van twee schimmels: echte meeldauw in droge jaren en op droge standplaatsen en Colletotrichum in natte jaren en op natte standplaatsen. Gelukkig hebben we hier een gematigd klimaat, niet te nat en niet te droog. Dat is dus precies goed.